De goede werkgever en de goede werkgever
Als u in dienst bent, arbeid verricht en daarvoor betaald krijgt, dan heeft u een arbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst omvat alle afspraken tussen u en uw werkgever. Die afspraken zijn meestal vastgelegd in een contract; de arbeidsovereenkomst. Vaak gelden ook nog een Collectieve Arbeidsovereenkomst (CAO) en/of personeelsreglement of andere aanvullende arbeidsvoorwaarden.
Het kan zijn dat er in de arbeidsovereenkomst is afgesproken dat de werkgever zonder toestemming van de werknemer de arbeidsovereenkomst mag wijzigen; een zogenaamd eenzijdig wijzigingsbeding. De werkgever mag niet zomaar wijzigen. Alleen als hij daarvoor heel goede redenen heeft. De wet zegt “zwaarwichtige belangen.”
Maar ook zonder eenzijdig wijzigingsbeding kan de werkgever soms de arbeidsovereenkomst wijzigen. De werknemer zal dan wel daarmee moeten instemmen. Maar mag de werknemer zijn instemming wel weigeren?
In de wet is geregeld dat de werkgever en de werknemer verplicht zijn zich als een goed werkgever en een goed werknemer te gedragen.
Als de omstandigheden op het werk wijzigen, dan kan het zijn dat de werkgever belang krijgt bij wijziging van de arbeidsovereenkomst. Denk bijvoorbeeld aan de aanpassing van werktijden of diensten. In 1998 heeft de Hoge Raad in het arrest Van der Lely/Taxi Hofman bepaald dat in dat geval een werknemer positief moet ingaan op redelijke voorstellen van de werkgever.
In 2008 heeft de Hoge Raad in het arrest Stoof/Mammoet dit verder uitgewerkt in een stappenplan:
1.Is er sprake van een redelijke aanleiding?
2. Heeft de werkgever een redelijk voorstel gedaan?
3. Kan van de werknemer in redelijkheid worden gevergd dat hij instemt met een wijziging van de arbeidsovereenkomst?
Als alle drie deze vragen positief worden beantwoord, dan kan de arbeidsovereenkomst worden gewijzigd.
De werkgever zal dus eerst moeten aantonen dat een wijziging van de arbeidsovereenkomst echt nodig is. Hij zal zich als redelijk werkgever moeten opstellen. De werknemer mag een beroep doen op de arbeidsovereenkomst. Maar ook de werknemer zal zich redelijk moeten opstellen.
Een voorbeeld: Het kan zijn dat het economisch klimaat maakt dat een werkgever er belang bij heeft de werktijden van het personeel anders in te delen. Denk aan een optimale benutting van piektijden. Daarbij zal de werkgever wel zoveel mogelijk rekening moeten houden met zijn werknemers. Vervolgens zal per werknemer beoordeeld moeten worden of de roosterwijziging in redelijkheid door hem of haar moet worden aanvaard. Alle omstandigheden moeten daarbij in aanmerking worden genomen. Denk aan de thuissituatie, schoolgaande kinderen, andere zorgtaken etc.
Een
wijziging van de arbeidsovereenkomst kan dus niet zomaar door een
werkgever worden opgelegd. Dat zal met de nodige zorgvuldigheid en
afstemming met de werknemers moeten gaan. Over en weer moeten werkgever
en werknemer zich daarbij redelijk opstellen. Dat klinkt logisch, en dat
is het ook…