Het werk van de advocaat
Wat doe je nu precies als advocaat? Veel mensen vragen mij dit. De meeste mensen zien een advocaat zoals mijn praktijk is: een algemene praktijk waarin je mensen bijstaat voor bijna al hun juridische problemen. Niet iedere advocaat heeft zo’n brede praktijk als wij dat hebben. Veel advocaten zijn gespecialiseerd in één rechtsgebied en houden zich daarom ook enkel bezig met dat rechtsgebied. Een rechtsgebied is bijvoorbeeld arbeidsrecht, strafrecht, familierecht et cetera.
Werk je in een algemene praktijk, dan moet je dus van veel verschillende rechtsgebieden iets afweten. Een van de dingen die ik aardig vind, is dat je heel veel verschillende dingen meemaakt. Je bent niet altijd met hetzelfde rechtsgebied bezig en dat maakt ook dat je daardoor veel variatie hebt in je werk. De rechtsgebieden waar ik het meest mee te maken heb, zijn strafrecht, familierecht en bestuursrecht.
Voor zaken in het strafrecht kom je vaak in gevangenissen, politiebureaus en in de rechtbank. In familierecht ben je juist weer hard bezig om vooral buiten de rechtbank te blijven en onderling afspraken te maken en voor bestuursrecht kom je vaak bij gemeenten en soms in de rechtbank.
Eén van de leukste dingen in mijn werk vind ik de piketdiensten. Bijna elke strafrechtadvocaat heeft piketdiensten. Op zo’n dag moet je van 7.00 uur tot 20.00 uur bereikbaar zijn om mensen te bezoeken die zijn aangehouden door de politie en hen te adviseren op het politiebureau.
Wat ik zo plezierig vind aan deze diensten is dat je niet weet wat je te wachten staat. Je krijgt een e-mail waarin de naam en de gegevens van een cliënt staan en het artikelnummer uit het Wetboek van Strafrecht waar hij/zij van verdacht wordt. Je gaat blanco naar binnen en ontmoet je cliënt in een spreekkamer (een hokje van 2,5 bij 2m). Daar moet je proberen direct het vertrouwen van deze personen te winnen, omdat jij op dat moment de enige persoon bent met wie ze in vertrouwen kunnen praten.
Ook voor mij is dat wel eens spannend. Je weet niet wie bij jou in de spreekkamer wordt gebracht. Ik heb wel eens meegemaakt dat iemand werd verdacht van een ernstig delict en al zijn kleren in beslag waren genomen, waardoor de cliënt binnen werd gebracht in een papieren overall. Verder heb ik meegemaakt dat een verdachte van poging moord werd binnengebracht terwijl zijn handen onder het bloed zaten. En ja, ook dan geef je die persoon een hand om kennis te maken. Maar je maakt ook wel eens treurige gevallen mee, bijvoorbeeld mensen waarvan vrij snel duidelijk is dat die onterecht vast zitten.
En soms maak je dingen mee waarvan je denkt: “Ok, wat moet ik hier mee?” Dat heb ik bijvoorbeeld als ik verdachten moet bezoeken op het bureau die niet zo fris ruiken (ja, daar moet ik dus ook mee in die spreekkamer van 2m² zitten), of een verdachte die tijdens de bespreking zijn voeten op de tafel legt om te laten zien dat er zoveel wonden/eksterogen op zitten dat hij niet meer goed kan lopen (iets wat overigens niets te maken had met het feit waar hij van verdacht werd), of een verdachte die tijdens het gesprek ineens een compleet ander mens wordt (psychiatrische patiënt) of iemand die je niet in de spreekkamer kunt spreken omdat hij zo agressief of zo psychotisch is, dat hij beter in zijn cel kan blijven. Je geeft dan advies door het luikje van zijn cel.
Kortom, de werkzaamheden en mensen die je tegenkomt variëren heel erg, maar dat maakt het juist voor mij het leukste beroep dat er is!